Trends
Het was een goed jaar voor
stripliefhebbers. Het aanbod was breed en gevarieerd. Een paar trends zetten
door. De ene na de andere integrale verscheen en daar zaten pareltjes tussen.
Nadat de kleine uitgeverijen Sherpa en Arboris de weg vrij maakten met bundelingen
van Roodbaard, Tanguy en Laverdure, Guus
Slim en De Beverpatroelje pakten Lombard,
Dargaud en Dupuis de trend op met bundelingen van Ton en Tineke, Blueberry en
van Johan en Pirrewiet verschenen
kort na elkaar zelfs alle verhalen in vier dikke bundels. En dat brengt me bij
een andere trend: stripboeken worden dikker. Niet alleen integrale bundels met
eerder verschenen verhalen, maar ook nieuw werk heeft soms een forse omvang met
als uitschieter het meer dan 300 pagina's tellede Vier seizoenen van Cyril Pedrosa.
Amerikaanse comics zijn niet meer weg te denken uit de stripwinkel. RW deed het
wat rustiger aan dan in 2014, maar bracht nog altijd ruim 50 titels uit,
merendeels van DC. Van Marvel, de andere Amerikaanse comicgigant, verschijnen
sinds oktober acht reeksen bij Standaard Uitgeverij met een tweemaandelijkse
frequentie.

Uitgevers
Strip
2000 breidde in
2015 enorm uit en verbreedde het aanbod dat tot dan toe vooral uit humor
bestond, met vertaalde avonturenstrips, jeugdstrips en een enkele graphic novel.
(Camping
Paraiso van Rouffa en Legendre) Het succes van de uitgeverij werd helaas
overschaduwd door de plotselinge en veel te vroege dood van uitgever Peter van
der Heijden. Scratch Books maakte de
beloftes waar met een flinke stapel mooie boeken, merendeels vertalingen uit
het Frans en Engels, maar ook nieuw werk van Mark Hendriks en Het Tuitel Complex van Wasco.
Net als vorige jaren heb ik de
utgaven waar ik zelf het meeste plezier aan heb beleefd op een rijtje gezet
voor je, verdeeld in vier categorieën: de beste oorspronkelijk Nederlandstalige
boeken, de beste vertaalde boeken, de mooiste integralen en een aantal uitgaven
die ik om de een of andere reden bijzonder vond. Dit zijn ze.
Beste
oorspronkelijk Nederlandstalige boeken
1. Styx van Peter Pontiac
(uitgeverij Podium)
2. De aanslag van Milan
Hulsing, naar Harry Mulisch (uitgeverij Oog & Blik / De Bezige Bij)
3. El Mesias van Wauter
Mannaert en Mark Bellido (uitgeverij Blloan)
4. KSX van Roel Venderbosch
(uitgeverij de Harmonie)
5. Muze um van Alex Skim (uitgeverij VOS)
6. Jheronimus van Marcel
Ruijters (utgeverij Lecturis)
7. Het Tuitel Complex van Wasco (uitgeverij Scratch)
8. Ayak en Por 2: De eenzame sultan van Wilbert van der Steen en Marc
Legendre (uitgeverij Strip 2000)
9. Schrauwen van Olivier
Schrauwen (uitgeverij Bries)
10. Tibet van Mark Hendriks
(uitgeverij Scratch)
Het lijkt wel alsof er zowel in
Nederland als in België steeds betere stripverhalen worden gemaakt. Het meest
besproken boek dit jaar was ongetwijfeld Styx
van Peter Pontiac, het boek waarmee hij afscheid nam van het leven. Bijzonder
indrukwekkend. Milan Hulsing maakte van De
aanslag, een Nederlandse literaire klassieker, een heel mooie stripversie.
Over Wauter Mannaerts debuutstrip
Ondergronds was ik niet zo te spreken, maar El
Mesias is stukken beter. Mannaerts tekensrijl spreekt me nog altijd niet
echt aan, maar dit verhaal over een communistische enclave is heel sterk.
KSX van
Roel Vederbosch viel vooral op door de bijzondere vertelvorm, maar
daaronder schuilt een mooi verhaal over de onmogelijkheid om aan je bestemming
te ontkomen. Een nauwelijks opgemerkt mesterwerkje is
Muse um van Alex Skim, een sterk debuut over de drang om te scheppen
en het maken van (outsider) kunst. Met
Jheronimus
vond MarcelRuijters de weg naar het grote publiek. Of dat Wasco ook zal lukken
is nog maar de vraag. Van hem verscheen eindelijk een echt boek: het Tuitelcomplex.
Het is een bijzonder boek geworden dat
ergens tussen stripverhaal en kunstboek inzit. Vorig jaar verraste Wilbert van
der Steen met deel 1 van
Ayak en Por.
Het tweede boek is nog beter!
Schrauwen
is een behoorlijk dik boek van Olivier Schrauwen over zijn (verzonnen)
grootvader , waarin hij naar hartenlust grafisch experimenteert zonder dat zijn
verhaal onleesbaar wordt. Met
Tibet
keerde Mark Hendriks terug op het striptoneel dat hij een paar jaar eerder
teleurgesteld had verlaten. Gelukkig maar, want met
Tibet toont hij aan dat
hij iemand is die iets heeft te vertellen.
Beste
vertaalde boeken

1. De beeldhouwer van Scott
mcCloud (uitgeverij Scratch )
2. Vier jaargetijden van Cyril Pedrosa (uitgeverij Dupuis)
3. Een verhaal van Gipi
(uitgeverij Oog & blik / De Bezige Bij)
4. De onwetenden van Etienne
Davodeau (uitgeverij Scratch)
5. Love in vain van Mezzo en
(uitgeverij Sherpa)
6. Hilda van Luke Pearson
(uitgeverij Scratch Books)
7. Supercrash van Darryl
Cunningham (Soulfood Comics)
8. Vermoord mijn moeder van
Jules Feiffer (uitgeverij Scratch)
9. De nar van Porcel en
Zidrou (uitgeverij Dargaud)
10. Het verloren paradijs va
Pabllo Auladel (uitgeverij Sherpa)
Heel snel na de Amerikaanse
versie bracht Scratch een Nederlandse vertaling uit van The sculptor van Scott mcCloud, waarmee de striptheoreticus
aantoonde dat hij zelf ook nog steeds in staat is om heel goede fictie te
maken. De
beeldhouwer is maar een van de vele opvallende boeken die Scratch in 2015
uitbracht. Heel blij was ik met De
onwetenden van Davodeau, een mooi verhaal over het maken van wijn en het
tekenen van stripverhalen. Van Hilda
verschenen in korte tijd alle vier de boeken, een heerlijke jeugdstrip voor
alle leeftijden. Politiek tekenaar Jules Feiffer maakte op zeer hoge leeftijd
zijn eerste graphic novel Vermoord
mijn moeder, ook verschenen bij Scratch. Waren er dan geen andere uitgevers
die mooie boeken vertaalden? Jazeker! Vier
jaargetijden van Pedrosa was een van de opvallendste boeken van het afgelopen
jaar, niet alleen door de omvang, maar ook door het mooie verhaal en de
prachtige tekeningen. Geen makkelijk verhaal overigens. Dat geldt ook voor Een
verhaal van Gipi, een van de beste Italiaanse stripauteurs van het moment. En
nu we het toch over moeilijke boeken hebben? Heeft iemand ooit Paradise
lost van Milton gelezen? Pablo Auladel maakte er een bijzondere
stripversie van die verscheen bij Sherpa, evenals Love in
vain , het bijzonder mooi verbeelde levensverhaal van blueszanger Robert Johnson. Van Zidrou
verschenen weer heel veel nieuwe boeken die ik (bijna) allemaal even goed vind.
Voor de jaarlijst moest ik er een kiezen en dat is De
nar geworden, een heerlijk wrang sprookje. Geen sprookje, maar bittere
ernst is de financiële crisis, waarover Darryl Cunningham in Supercrash op een heldere manier tekst
en uitleg geeft. Het is de eerste uitgave van Soulfood comics, een nieuwe
Nederlandse uitgeverij.
De
mooiste integralen
2. Johan en Pirrewiet (4
delen) van Peyo (uitgeverij Dupuis)
5. Frommeltje en Viola integraal
van Bernard Hislaire (uitgeverij Saga)
Bijzondere
boeken
1. Drawn & Quuarterly 25 years
(uitgeverij Drawn & Quarterly) Een omvangrijke schatkist met herinneringen,
artikelen , interviews en heel veel strips.
2. Massive: gay Japanese manga
(uitgeverij Fantagraphics) Een onthullende en onthutsende uitgave over een
vrijwel onbekend fenomeen: Japanse homo(porno)strips.

3. De zes reizen van Lone Sloane
van Philippe Druiillet (uitgeverij Sherpa) Een boek dat ik met heel veel
plezier heb vertaald. Dit ruim veertig jaar oude boek werd nooit eerder in het
Nederlands uitgegeven en (in alle bescheidenheid) ook nooit eerder zo mooi.
deel twee, Delirius ligt heel
binnenkort in de winkel
4. België gestript van Geert
de Weyer (uitgeverij Dragonetti) Het resultaat van jarenlang werken werd razend
enthousiast ontvagen door pers en publiek en werd direct na verschijning het
standaardwerk over Belgische strips.
5. Hier van
Richard mcGuire (uitgeverij Oog & Blik / De Bezige Bij) Een plotloos
verhaal dat op een heel bijzondere manier verteld wordt met plaatjes die heen
en weer springen door de tijd.
Wat
brengt 2016?
In het komende
jaar worden de al gestarte reeksen integralen voortgezet, maar er komen ook nieuwe
bij: Bruno Brazil, Bruce J. Hawker en
meer, maar daar kan of mag ik nog niets over zeggen. Ik kijk uit naar De man van nu, een stripverhaal van Hanco
Kolk en Kim Duchateau, de bundel strips over moordballades van Erik Kriek, de schetsboeken van Mark Smeets, de volgende titels van Soulfood comics en heel veel dikke, maar
vooral goede boeken.